NL FR EN
www.belgium.be

ICT en ICT toepassingen in België. Een internationaal perspectief

Onderzoeksproject S2/064/01 (Onderzoeksactie S2)

Personen :

Beschrijving :

DOELSTELLINGEN

Het onderzoeksproject heeft als hoofddoel een toekomstgerichte analyse te maken van de ontwikkeling en de integratie van de informatie- en communicatietechnologieën (ICT’s) in onze economie en van de uitdagingen die dit inhoudt voor onze samenleving.

De uitvoering van het project omvat een analyse van de recente ontwikkelingen, een toekomstgerichte analyse, een studie over de rol van de overheid en van de economische beleidsmaatregelen.

Het project wil de verwachte middellange-termijneffecten analyseren van de ontwikkeling van de informatiemaatschappij op drie fundamentele aspecten van onze samenleving:

- de economische organisatie en in het bijzonder de nieuwe relaties tussen de economische actoren en de nieuwe methoden voor het organiseren van de activiteiten;
- de sociale organisatie en de gevolgen van de integratie van de nieuwe technologieën voor de sociale cohesie;
- de ruimtelijke organisatie die ontstaat door de ontwikkeling van nieuwe technologieën.


UITWERKING

Een eerste onderdeel belicht de aspecten die verbonden zijn met de economische organisatie. De toekomstgerichte analyse is gebaseerd op internationale denkforums, maar moet aangevuld worden met de standpunten van de deskundigen en actoren in België, via casestudies, ontmoetingen met de experts en deelname aan seminaries.

De studie over de rol van de overheid moet aanbevelingen opleveren over de beleidsmaatregelen die noodzakelijk zijn voor de uitbouw van de ICT-sector en over de uitvoering van die maatregelen in België. Er zouden ook begeleidingsmaatregelen overwogen kunnen worden om de eventuele negatieve gevolgen zoveel mogelijk te beperken of om de overgangsperiode in te korten.

Daarbij moeten de volgende onderwerpen behandeld worden:

A. Productie en diffusie van ICT in België.

Een vergelijkende analyse. In deze inleidende fase zal een statistisch overzicht gemaakt worden van beschikbare indicatoren in België. Hierin zal in het bijzonder worden nagegaan welke internationale bronnen een vergelijking toelaten en in welke domeinen in België geen of onvoldoende international vergelijkbare cijfers beschikbaar zijn.

B. De macro-economische weerslag van de ICT’s

Dit onderdeel van de studie heeft als doel de weerslag van de ICT’s te becijferen op het ritme en de kenmerken van de economische groei. Het is daarbij vooral de bedoeling:

- de aard en de omvang van deze technologieschok te bestuderen vanuit een macro-economische invalshoek, door de weerslag na te gaan op de economische groei (weerslag op de TFP en de "capital deepening"), en te onderzoeken of die weerslag voorbijgaand of blijvend is.
Dit zal in een breder perspectief geplaatst worden, waarbij een overzicht geschetst wordt van de technologische mutaties en van de weerslag ervan op de economische groei.
- de vermoedelijke gevolgen na te gaan voor de werkgelegenheid en de NAIRU,
- de weerslag van die technologieschok op de economische cycli te evalueren, in het bijzonder op het voorraadbeheer,
- de resultaten van de studie bekend te maken via publicaties voor het grote publiek (en via de website van de DWTC) en ze te presenteren aan de pers of op seminaries. Daarbij wordt duidelijk gemaakt welke lessen daaruit moeten worden getrokken voor het macro-economische beleid en het werkgelegenheidsbeleid.

C. Analyse op sector- en ondernemingsniveau

In dit deel van het project wordt de vraag beantwoord: wat is op sector- en ondernemingsniveau de impact van ICT ? De invloed zal voornamelijk gemeten worden via de productiviteit.
Hierin zal - in de mate van het mogelijke - een onderscheid gemaakt worden tussen de invloed van de kapitaalinvesteringen in ICT en de organisatie en andere wijzigingen in het gedrag van de ondernemingen op de totale factorproductiviteit en de arbeidsproductiviteit.

Het belang van E-commerce in de organisatie van de productie sectoren zal daarbij aan de orde komen (met mogelijke feedbacks met een socio-economisch project over E-commerce en overschuldenlast):

- hiertoe is het noodzakelijk om een overzicht te krijgen van de belangrijkste toekomstige ICT-evoluties,
- ook zal op basis van gevallenstudies worden nagegaan hoe ICT in ondernemingen wordt opgenomen in het productieproces en hoe het productieproces zich aanpast,
- de keuze van de ondernemingen in deze studie zal ondermeer gebaseerd zijn op een productiviteitsanalyse per bedrijfstak waar, in de mate van het mogelijke, vergeleken zal worden met gelijkaardige studies in de Europese Unie en de Verenigde Staten,
- in een laatste deel tenslotte zal nagegaan worden hoe het economisch beleid een invloed kan hebben op de diffusie van ICT in de bedrijven. Hierbij zal een onderscheid gemaakt worden tussen de verschillende vormen van beleid (directe interventie, regulering, concurrentiebeleid) die op nationaal en internationaal vlak zich aandienen,
- Valorisatie fase (seminaries, Internet site van de DWTC, working papers...)

D. E-government

Het onderzoek beoogt een analyse van de in- en outputs, kosten en baten voor de bij implementatie van E-Gov betrokken burgers, ondernemingen en overheden.

Hierbij zal rekening gehouden worden met de verschillende E-Gov stadia. E-Gov is immers veel meer dan het verlenen van diensten via een website van één afzonderlijke overheid. Het betekent finaal de realisatie van dienstverlening, contact en beleidsvoering via een multidienstenstructuur waarbij "front-office" diensten samensmelten met "back-office" diensten van verschillende overheden samen die bovendien 24u x 7 bereikbaar zijn.

De studie richt zich naar volgende onderzoeksdomeinen:

- onderzoek naar de betekenis van de 6 opeenvolgende E-Gov stadia :website, portal, interactie, clustering, integratie en beleid. Daarbij zal gezocht worden naar wereldwijde implementatie-voorbeelden,
- beknopte synthese van markante initiatieven in landen die behoren tot de "information elite",
- inventariseren van de situatie op federaal, gewestelijk, provinciaal en gemeentelijk vlak in België,
- poging tot schatting van de implementatiekosten voor de 6 stadia,
- schatting van de gevolgen op infrastructuurinvesteringen en tewerkstelling,
- poging tot inventarisering van de stand van zaken inzake hinderpalen (authenticiteitgarantie, confidentialiteit, integriteit, privacy, bureaucratische cultuurverworvenheden, financiering, digital divide, enz.),
- Valorisatie fase (seminaries, Internet site van de DWTC, working papers...).

E. Weerslag van de ICT’s op de fiscale en parafiscale inkomsten

In dit onderdeel van de studie worden de gevolgen nagegaan van de verspreiding van de ICT’s voor de fiscale en parafiscale inkomsten. Het onderzoek is specifiek gericht op de problematiek van de belastingontduiking die de ontwikkeling van het internet meebrengt.

Daarbij worden twee aspecten belicht:

- de weerslag op de fiscale en parafiscale (met name BTW) inkomsten van de toename van e-commerce, de dematerialisatie van bepaalde producten, de delokalisaties, de diverse problemen bij de identificatie en de lokalisatie van de belastinggrondslagen, en de uitsluiting van bepaalde handelsactiviteiten,
- de weerslag op de fiscale en parafiscale inkomsten van de interactie tussen de ICT’s en de mate waarin de systemen voor verplichte voorheffingen internationaal gestructureerd zijn, vooral binnen Europa, dat kampt met het dilemma concurrentie/fiscale harmonisatie,
- in de laatste fase van dit onderdeel van de studie worden de implicaties onderzocht voor het economische beleid,
- Valorisatiefase (seminaries, website van de DWTC, publicaties, ...).

F. Weerslag van de ICT’s op de sociale organisatie

Het tweede onderdeel van het project heeft als doel de gevolgen na te gaan van de verspreiding van de ICT’s voor de dualisering van de samenleving. Verhoogt of vermindert de verspreiding van de ICT’s die dualisering en in welke mate? Welke economische beleidsmaatregelen kunnen de factoren versterken die de dualisering verminderen en de gevaren voor een toename ervan bestrijden?
Bij de behandeling van dit probleem moet rekening gehouden worden met de diverse aspecten van de maatschappelijke dualisering. Er moet een onderscheid gemaakt worden tussen het nationale en het internationale niveau.

De studie zal de nationale impact van de ICT’s onderzoeken en daarbij de volgende dimensies van de maatschappelijke dualisering belichten:

- in een eerste fase zal gepoogd worden om pertinente vragen te formuleren rond ICT en dualisering. In het bijzonder zal de relatie tussen armoede en sociale uitsluiting worden bekeken, alsook de mogelijke verbanden tussen ICT, armoede en sociale uitsluiting.
- dualisering op het vlak van de privé-consumptie. Daarbij wordt nagegaan welk effect het internet en de ermee verbonden diensten hebben op de ongelijkheid tussen de consumenten, zowel kwalitatief als kwantitatief. De analyse wordt uitgebreid naar de andere ICT’s (GSM, pc,...).
- dualisering in de productiesfeer. De ontwikkeling van de ICT-sector en de verspreiding van de ICT’s in de andere sectoren heeft gevolgen voor de werking van de arbeidsmarkt: er worden andere bekwaamheden vereist, de arbeid wordt anders georganiseerd en er wordt anders gerekruteerd. De impact op de dualisering van de arbeidsmarkt wordt geëvalueerd (op het vlak van de lonen, ongelijke statuten, scholingsgraad en toegang tot de arbeidsmarkt).
- dualisering in de publieke-consumptiesfeer. De uitbouw van E-Government heeft gevolgen voor de organisatie van de toegang tot overheidsdiensten. De gevaren voor maatschappelijke dualisering worden geanalyseerd, meer bepaald wat de toegang tot overheidsdiensten betreft.
- er zal een bondig onderzoek verricht worden naar het effect van de ICT’s op de ongelijke ontwikkeling op internationaal vlak,
- in de laatste fase van de studie worden de vermoedelijke maatschappelijke gevolgen op wereldvlak nagegaan, met name voor de armoede en de inkomensverdeling, en worden de eventuele budgettaire gevolgen onderzocht. Verder worden de overheidsmaatregelen bekeken, met name de dienstverlening aan de burger.
- Valorisatie (seminaries, website van de DWTC, publicaties, ...).

G. De ruimtelijke organisatie in de grote steden

De bedoeling is om het economisch belang van de steden op het gebied van economische activiteit en werkgelegenheid in België te meten alsook de determinanten van de ruimtelijke organisatie van economische activiteit te analyseren. Hierin wordt de ICT als nieuwe determinant specifiek beschouwd.

In de studie wordt een theoretisch, een empirisch en een beleidsdeel voorzien:

- nieuwe theorieën uit de economische geografie (ondermeer Krugman, 1991 i.a.) tonen aan dat de interactie tussen schaalvoordelen, transportkosten en de vraag tot een cumulatief proces leiden die bepalen waar de economische activiteit zal gelocaliseerd worden. Voor de dienstensector zijn de technologische veranderingen die zich voordoen van bijzonder belang,
- de situatie in de Belgische steden zal worden nagegaan. In de mate van het mogelijke zal in de studie de vergelijking worden gemaakt met de ervaring in vergelijkbare Europese steden. Wegens het ontbreken van belangrijke gegevensbronnen zal het noodzakelijk zijn om zich te richten op gevallenstudies,
- de resultaten van de studie moeten toelaten om evaluatiemethoden te ontwikkelen voor het economische grootstedenbeleid. Er zal een bijzonder belang worden gehecht aan het zoeken van beschikbare indicatoren die moeten toelaten om een dergelijke evaluatie mogelijk te maken. Uiteindelijk moet gekomen worden tot het voorstellen van "good practices" op het gebied van grootstedenbeleid voor economische activiteiten,
- Valorisatie fase.