Onderzoeksproject SO/04/066 (Onderzoeksactie SO)
Doelstellingen
Een belangrijke discrepantie wanneer het vandaag over armoede en armoedebeleid gaat, is die tussen de theoretische vaststelling dat armen niet of slechts zeer miniem in staat zijn om zélf iets aan hun toestand te doen en het beleidsmatig vertoog, waarbij participatie van de armen een vrij centrale plaats is gaan innemen. De instrumentele en communicatieve participatie van armen wordt in diverse beleidsplannen als een noodzakelijkheid ingeschreven.
In België en Vlaanderen zijn diverse instrumenten gecreëerd om de participatie van armen aan het armoedebeleid mogelijk te maken. Hierbij denken we wat het federale niveau betreft onder andere aan het Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting, en op het Vlaamse niveau aan de goedkeuring van het Armoededecreet en de structurele erkenning daarbinnen van de Verenigingen waar Armen het Woord nemen.
Hoe moeten we deze paradox begrijpen? Beschikken armen toch over de nodige hulpbronnen die hen in staat stellen een beleid te beïnvloeden? Of verklaart de evolutie van het beleid eerder het ontstaan, de groei en de werking van deze verenigingen?
Dit onderzoek is een in hoofdzaak empirisch onderzoek. Dit wil zeggen dat de focus ligt op de beschrijving en verklaring van ‘wat is’, veeleer dan het een onderzoek vormt naar ‘wat zou moeten zijn’.
De eerste invalshoek is theoretisch: we willen het fenomeen van de participatie van armen aan het Belgische Armoedebeleid verklaren. In welke mate hebben de verenigingen een impact gehad op de beleidsbepalingen? In welke mate hadden bepaalde beleidsmaatregelen een impact op het ontstaan, de groei en de werking van deze verenigingen?
Op praktisch vlak hoopt dit onderzoek uiteraard een analyse van de werkelijkheid aan te bieden die het beleid en de verenigingen waar armen het woord nemen kan inspireren bij het formuleren van voorstellen rond ‘hoe het zou moeten zijn’. Het is de bedoeling zowel de beleidsvoering als de werking en de strategie van de verenigingen waar armen het woord nemen te stofferen.
Concreet stelt het onderzoek zich een drievoudig doel:
1) Beschrijving van het meso-niveau: de verenigingen waar armen het woord nemen
2) Beschrijving van het macro-niveau: het overheidsbeleid inzake armoedebestrijding
3) Analyse van de interactie tussen beide niveaus
Beschrijving van het onderzoek
Het onderzoek zal gebeuren met een heel aantal theoretische vragen in het achterhoofd. Zij vormen de achtergrond waartegen het onderzoek wordt geplaatst maar zullen zeker niet allemaal een antwoord krijgen. Voorbeelden van mogelijke theoretische vragen zijn:
1. Is de centrale plaats van de Verenigingen waar armen het woord nemen bij de vormgeving van het armoedebeleid een voorbeeld van een sociale beweging die inwerkt op sociale verandering? Wat is de invloed van deze verenigingen op sociale verandering? Of is het eerder omgekeerd en worden deze verenigingen gevormd door grote processen van verandering?
2. Eveneens interessant is de vraag naar de betekenisproductie van de verenigingen: hebben zij veranderingen in de gedeelde conceptie van het frame ‘democratie’ mee beïnvloed? Hebben zij de invulling van het concept ‘actief burgerschap’ verbreed?
3. Is de geobserveerde verandering in de realiteit van armen vooral het gevolg van de invloed van de beleidscontext, van de organisatie en strategieën van de verenigingen of van de maatschappelijke context? Of zijn de resultaten voornamelijk op het palmares van andere actoren te schrijven?
4. Is de toegenomen participatie vooral te verklaren door acties van de sociale beweging? Of levert een veranderend concept van democratie en burgerschap een betere verklaring voor de participatie van armen aan het beleid?
Het concrete onderzoek wil twee dingen doen. Aan de ene kant wil het een beschrijving bieden van het armoedebeleid in België. Aan de andere kant wil het de effecten van de interactie tussen de Verenigingen en de beleidsmakers op de maatschappelijke realiteit belichten.
De beschrijving van het armoedebeleid gebeurt vanuit een specifieke invalshoek: de rol en de invloed van de Verenigingen waar Armen het Woord nemen wordt in kaart gebracht en hun interactie met de beleidsmakers is de centrale focus van analyse.
Uitvoering
Het onderzoek omvat vijf fasen:
A Ontwikkeling van het theoretisch raamwerk
A.1 Literatuurstudie inzake het macro-niveau: verder uitklaren van cruciale begrippen (armoede en sociale uitsluiting, direct en indirect armoedebeleid, poverty governance, inclusief beleid.
A.2 [Literatuurstudie inzake het meso-niveau: afbakening van concepten als actief burgerschap, participatie, oude en nieuwe sociale bewegingen, empowerment.]
A.3 Integratie van de theoretische inzichten en uitwerken van onderzoekshypothesen
B Screening van het Belgische armoedebeleid
B.1 Reconstructie van het Belgische armoedebeleid gedurende de voorbije dertig jaren
B.2 Detectie van de verschillende actoren - in het bijzonder de doelgroepen - en duiding van hun sturing van het beleid
C Profielbepaling van de Verenigingen waar armen het woord nemen
C.1 Ontwikkeling van een bevragingsinstrument voor de inventarisatie van organisatiekenmerken, doelstellingen en methoden van de verenigingen
C.2 Bevraging van de Verenigingen waar armen het woord nemen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië
D Analyse en evaluatie van de Verenigingen waar armen het woord nemen
D.1 Opmaak van een typologie van Verenigingen waar armen het woord nemen
D.2 Plaats van deze verenigingen in het maatschappelijke middenveld: hun allianties, strategieën
D.3 Sterkte-zwakte-analyse van de rol van de verenigingen in beleidsbeïnvloeding, na toetsing van voorlopige bevindingen bij sleutelfiguren uit overheden, middenveld en de verenigingen
E Formulering van beleidsaanbevelingen
(G)een blad voor de mond : Spanningsvelden bij de participatie van armoedeverenigingen aan het armoedebeleid : eindrapport
Van Robaeys, Bea - Dierckx, Danielle - Vranken, Jan Gent : Academia Press, 2005 (PB6137)
Les zones de tension dans la participation des associations de lutte contre la pauvreté à la politique en matière de pauvreté : résumé
Bruxelles : Politique scientifique fédérale, 2005 (SP1501)
[Om te downloaden]
(G)een blad voor de mond. Spanningsvelden bij de participatie van armoedeverenigingen aan het armoedebeleid : samenvatting
Brussel : Federaal Wetenschapsbeleid, 2005 (SP1502)
[Om te downloaden]
(Not) Speaking Out; Areas of Tension in the Participation of Organisations of the Poor in Poverty Policy : summary
Brussels : Federal Science Policy, 2005 (SP1503)
[Om te downloaden]