Het COPUOS werd opgericht om de verkenning en het gebruik van de ruimte te regelen ten behoeve van de hele mensheid: voor vrede, veiligheid en ontwikkeling.
Het kreeg de taak de internationale samenwerking op het gebied van vreedzaam gebruik van de ruimte te herzien, ruimtegerelateerde activiteiten te bestuderen die door de Verenigde Naties konden worden ondernomen, programma's voor ruimtevaartonderzoek aan te moedigen en juridische problemen te bestuderen die voortkwamen uit de verkenning van de ruimte.
COPUOS was behulpzaam bij de totstandkoming van de vijf verdragen en vijf beginselen van de ruimte.
Internationale samenwerking bij de verkenning van de ruimte en het gebruik van toepassingen van ruimtetechnologie om de wereldwijde ontwikkelingsdoelen te bereiken, worden elk jaar besproken. Vanwege de snelle vooruitgang in de ruimtetechnologie, is de ruimteagenda voortdurend aan het evolueren. Het Comité biedt daarom een uniek platform op mondiaal niveau om deze ontwikkelingen te volgen en te bespreken.
COPUOS heeft twee hulporganen: de wetenschappelijke en technische subcommissie en de juridische subcommissie.
Het Comité brengt verslag uit aan de vierde commissie van de algemene vergadering, die een jaarlijkse resolutie over internationale samenwerking bij het vreedzame gebruik van de ruimte goedkeurt.
België is lid van het COPUOS.
Het Federaal Wetenschapsbeleid neemt deel aan de Belgische Delegatie bij het COPUOS die geleid wordt door de Belgische Ambassadeur in Wenen.
Als orgaan van de Verenigde Naties verzorgt het OOSA (Office for Outer Space Affairs) de organisatie en de uitvoering van de beslissingen van het Comité.
Het COPUOS zetelt in Wenen, Oostenrijk.
Jean-François Mayence
Juridische dienst