Onderzoeksproject DR/32 (Onderzoeksactie DR)
Cocaïne is een verslavend middel dat wordt gebruikt als 'drug of abuse'. Het gebruik van cocaïne heeft ogenblikkelijke fysiologische effecten, zoals stimulatie van het centraal zenuwstelsel en gewijzigde serotoninespiegels, verhoogd levenslang risico op hartaanvallen, longcomplicaties en andere. Het recreatieve gebruik van cocaïne is de laatste 25 jaar drastisch toegenomen ten gevolge van de verhoogde beschikbaarheid. De trends in drugsmisbruik worden momenteel indirect afgeleid uit bevolkingsenquêtes, interviews met gebruikers, medische verslagen en misdaadstatistieken. Deze algemene indicatoren geven geen realistische inschatting van het werkelijke lokale gebruik. Bij de mens wordt na gebruik slechts een kleine fractie van cocaïne als dusdanig uitgescheiden via urine, terwijl het grootste gedeelte wordt geëlimineerd als benzoylecgonine (BE), de belangrijkste metaboliet, die ook kan gebruikt worden als bewijs van cocaïnegebruik. Een nieuwe, meer directe realistische benaderingswijze voor het cocaine gebruik is gebaseerd op de meting van cocaïne en metabolieten (bv. BE) in afval- en oppervlaktewater.
Het COWAT project heeft als doel om cocaïne en zijn metabolieten te meten in een aantal representatieve Belgische afval- en oppervlaktewaters. Staalnames zullen gebeuren in waterlopen voor en na de belangrijkste stedelijke agglomeraties. Daarbovenop zullen zowel het influent van belangrijke rioolwaterzuiveringsinstallaties (RWZI's) bemonsterd worden, alsook verschillende referentiesites. Twee manieren van bemonstering zullen worden vergeleken, de klassieke waterbemonsteringsprocedure, die een dagelijks gemiddelde geeft van de concentraties, en een procedure die gebruik maakt van passieve bemonstering, die meting van de geïntegreerde contaminatie over enkele weken mogelijk maakt. De staalname omvat ~40 RWZI's en ~40 oppervlaktewater sites verspreid over gans België. Omdat de stabiliteit van cocaïne temperatuursafhankelijk is, worden de staalnames gespreid over twee seizoenen die minstens 4 à 5 maanden uit elkaar liggen. Bovendien zullen staalnames gebeuren op maandag en vrijdag, de dagen met mogelijk de grootste concentratieverschillen. De waterstalen zullen worden gefilterd om de waterfase te scheiden van de gesuspendeerde materie. De analyses van cocaïne en zijn metabolieten zullen gebeuren op beide fracties. Gedurende dezelfde periode zullen passieve samplers geplaatst worden op 10 geselecteerde sites gedurende verscheidene weken.
Zowel referentiepunten als plaatsen waar hoge cocaïne gehalten verwacht worden, zullen geselecteerd worden, steunend op gegevens van o.a. het gerechtelijk onderzoek en algemene gegevens ivm lozingen en afvalwaterstromen uit stedelijke gebieden. De eigenlijke monsterpunten zullen dan gelegen zijn stroomop- en stroomafwaarts van belangrijke agglomeraties in België. De exacte ligging van de monsterpunten in de waterlopen gebeurt in nauw overleg met de Vlaamse Milieu Maatschappij (VMM) en Aquafin voor Vlaanderen, met de ‘Direction Générale des Ressources Naturelles et de l'Environement’ (DGRNE) voor Wallonië en met de Brusselse Intercommunale voor Watervoorziening (BIW) voor Brussel.
Een belangrijk objectief is de optimalisatie en validatie van de analytische procedure, met accent op de bruikbaarheid van vaste-fase extractie en van vloeistof chromatografie gekoppeld aan massaspectrometrie (LC/MS-MS). Daarnaast zullen andere metabolieten van cocaïne (benzoylecgonine, ecgonine methyl ester en ecgonine) samen onderzocht worden. Een gedetailleerde interlaboratorium analytische validatie zal worden georganiseerd om de analytische procedures en de interlaboratorium variatie te evalueren.
De algemene doelstelling van het COWAT project is het maken van een geografische schatting van het lokaal cocaïnegebruik gebaseerd op enerzijds concentraties van cocaïne en BE in water en op anderzijds gegevens over farmacokinetiek, metabolisme en milieu-bestemming. De vooropgestelde modellen zullen rekening houden met (a) het aantal mensen dat wordt bediend door het desbetreffende RWZI of dat woont in het stroomgebied van de rivier (gegevens van VMM, DGRNE en CIBE), (b) de leeftijdsverdeling van de lokale bevolking en (c) de grootte van de gemiddelde dosis cocaïne (beschikbaar via officiële statistieken). Bemonstering op verschillende dagen (voor en na het weekend) laat toe om de fluctuatie in cocaïnegebruik binnen een periode van één week na te gaan, terwijl passieve geïntegreerde bemonstering toelaat om een inschatting te maken van het cocaïnegebruik binnen een bepaalde tijdsspanne (bv. weken tot maanden). Deze nieuwe meetmethode zal worden getoetst met alle beschikbare informatie op lokaal niveau: jaarlijkse statistieken van de Vereniging voor Alcohol- en Drugsproblemen, het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid en van het Departement Justitie.
Tenslotte zullen een monitoring strategie en een protocol worden voorgesteld die routinematig kunnen worden gebruikt voor milieu-opsporing van cocaïne ten behoeve van drugsmisbruik gerelateerde instanties en organisaties. Het onderzoeksproject zal afgerond worden met een conferentie voor beleidsverantwoordelijken en –betrokkenen.
Cocaïne en metabolieten in Belgische afval- en oppervlaktewateren (COWAT) = Cocaïne et ses métabolites dans les eaux de surface et les eaux de stations d'épuration en Belgique (COWAT°
van Nuijs, Alexander - Pecceu, Bert - Theunis, Laetitia ... et al Brussel : Federaal Wetenschapsbeleid, 2008 (SP1898)
[Om te downloaden]
Cocaïne en metabolieten in Belgische afval- en oppervlaktewateren : samenvatting
Brussel : Federaal Wetenschapsbeleid, 2008 (SP1917)
[Om te downloaden]
Cocaïne et ses métabolites dans les eaux de surface et les eaux de stations
d’épuration en Belgique : résumé
Bruxelles : Politique scientifique fédérale, 2008 (SP1918)
[Om te downloaden]
Cocaine and its metabolites in surface and waste water in Belgium : summary
Brussels : Belgian Science Policy, 2008 (SP1919)
[Om te downloaden]