Onderzoeksproject DR/09 (Onderzoeksactie DR)
Context en doelstellingen van het onderzoek
Druggerelateerde overlast is een complex fenomeen, dat de kwaliteit van het leven in buurten en wijken aantast. Verstoringen van de maatschappelijke orde door (druggerelateerde) overlast is een problematiek die sterk leeft in onze samenleving, en die aldus heel wat politieke connotaties draagt. Het is dan ook niet verwonderlijk dat er vanuit de overheid heel wat initiatieven zijn ontstaan gericht tegen druggerelateerde overlast. Zo was druggerelateerde overlast één van de prioriteiten in het Federaal Detentie- en Veiligheidsplan van de voormalige Minister van Justitie, het is één van de actiepunten in de Federale drugnota, en het is een (discriminerend) kernbegrip in de strafrechtelijke reactie tegen druggebruik. Sinds 1993 bestaat ook het zogenaamde 'lokale drugplan'. Dit drugplan voorziet ruimte voor maatregelen en initiatieven op lokaal niveau (steden en gemeenten) die zich richten op druggerelateerde problematieken. Het betreft hier echter niet alleen maatregelen op het vlak van drugsoverlast, maar ook maatregelen op het vlak van de kwaliteit van de hulpverlening aan drugverslaafden, als op het vlak van de snelheid van de administratieve afhandeling van druggerelateerde dossiers bij politie en justitie, de effectiviteit van het druggerelateerde preventiebeleid,...
Dit onderzoek richt de aandacht op de evaluatie van de maatregelen en initiatieven in het kader van het lokale drugplan, dan wel van het drugsluik in de lopende veiligheidsplannen, en meer bepaald op de evaluatie van maatregelen en initiatieven die gericht zijn op het indijken van druggerelateerde overlast. Voor de toekomst is het immers belangrijk de impact van deze initiatieven en maatregelen te onderzoeken. Hebben de ondernomen acties tot een daadwerkelijke indijking van druggerelateerde overlast geleid? Welke lokale strategieën om de druggerelateerde overlast in te dijken leveren een positief resultaat op, welke niet, en waarom (niet)?
Verloop van het onderzoek
Het geïntegreerd project "Meta-analyse van de impact van lokale projecten drugoverlast" (acroniem: Metan) is een samenhangend geheel van drie subprojecten die samen een multidisciplinair, thematisch netwerk vormen. Dit netwerk wordt gedragen door de professoren Ponsaers (UGent), De Ruyver (UGent) en Lemaître (ULg).
Luik 1 van het project omvat het uitwerken van een methode van meta-analyse van lokale evaluaties van de drugplannen inzake druggerelateerde overlast, en bestaat uit volgende fasen: een methodologische studie van de methodiek van meta-analyse, waarbij de methode van Lawrence W. Sherman als uitgangspunt wordt genomen (fase 1); en een vergelijkende verkenning van het onderzoeksterrein in de praktijk door observaties en interviews (fase 3).
Luik 2 houdt een analyse in van bronnen bruikbaar voor een secundaire impactevaluatie van de drugplannen - inzake druggerelateerde overlast. Wat betreft dit luik worden de volgende fasen onderscheiden: Inventarisatie en synthese van de lokale drugplannen (fase 1); en vergelijkende studie van het bestaande secundaire bronnenmateriaal (fase 3).
Het derde onderzoeksluik behandelt de meta-analyse van lokale evaluaties van de drugplannen betreffende druggerelateerde overlast. Het behelst volgende fasen: begripsafbakening van centrale onderzoeksnoties en bepaling van selectiecriteria voor de opname van evaluatiestudies in de meta-analyse van bepaalde geografische gebieden, maar eveneens van thematische deelaspecten van de drugsoverlastproblematiek (fase 1); en een vergelijkende verkenning van het onderzoeksterrein in de praktijk, door observaties en interviews in de Luikse regio (fase 3). Het is enkel in deze derde fase van het onderzoeksluik dat de aandacht specifiek op de Luikse regio gericht wordt, voor het overige heeft het derde onderzoeksluik hetzelfde algemeen karakter als de andere twee luiken. Men moet deze derde fase ook zien als complementair aan de derde fase van onderzoeksluik 1 waarbinnen de overige observaties en interviews behandeld worden.
De tweede en vierde fase van elk onderzoeksluik betreft een integratiefase waarbij de onderzoeksresultaten uit de voorbije fase worden samengebracht. Binnen de tweede fase zal de selectie gemaakt worden van de steden en gemeenten (of regio’s) die in de meta-analyse zullen opgenomen worden. Zes steden of gemeenten (waaronder Antwerpen en Luik) zullen worden uitgekozen. In de vierde fase zal de eigenlijke meta-analyse gebeuren waarbij de onderzoeksresultaten uit de verschillende luiken geïntegreerd en geconsolideerd worden aan de hand van interviews.
In de vijfde fase van het onderzoek tenslotte, zullen de onderzoeksresultaten gerapporteerd worden in een eindverslag waarin de resultaten worden getoetst aan de onderzoekshypothesen
SHERMAN, L.W., GOTTFREDSON, D., MACKENZIE, D., ECK, J., REUTER, P. AND BUSHWAY, SH., Preventing Crime: What Works, What Doesn’t, What’s Promising, A Report to the United States Congress Prepared for the National Institute of Justice, Washington, NIJ, 1997, URL: ncjrs.org/works.
Drugoverlast in de lokale context van acht Vlaamse en Waalse gemeenten : naar een Monitor Integraal Lokaal Drugbeleid : eindrapport = Nuisances liées à la drogue dans le contexte local de huit communes wallonnes et flamandes : vers un Moniteur de politique intégrée locale en matière de drogue : rapport final
Ponsaers, Paul - De Ruyver, Brice - Lemaître, André ... et al Gent : Academia Press, 2005 (PB6112)
[Om te downloaden]
[Om te bestellen]
Drugoverlast in de lokale context van acht Vlaamse en Waalse gemeenten : samenvatting
Brussel : Federaal Wetenschapsbeleid, 2004 (SP1416)
[Om te downloaden]
Les nuisances liées aux drogues dans le contexte local de huit communes flamandes et wallonnes : résumé
Bruxelles : Politique scientifique fédérale, 2004 (SP1417)
[Om te downloaden]
Drug-related nuisances in the local context of eight Flemish and Walloon municipalities : summary
Brussels : Federale Science Policy, 2004 (SP1418)
[Om te downloaden]