Copernicus is een ambitieus aardobservatieprogramma gebaseerd op satellietdata en gegevens vanop aarde. Het heeft tot doel Europa te voorzien van een onafhankelijk operationeel informatiesysteem op het gebied van leefmilieu, klimaat en burgerveiligheid. Om antwoorden te kunnen bieden op vraagstukken rond klimaatverandering, voedseltekorten, luchtvervuiling, natuurrampen, energiecrisis, sterke bevolkingsgroei, ... is het hebben van juiste informatie essentieel en hier speelt Copernicus een rol!
Het Programma wordt geleid door de Europese Commissie (EC) in naam van de Europese Unie en wordt uitgevoerd in partnerschap met de lidstaten, het Europees Ruimteagentschap (ESA), de Europese Organisatie voor de exploitatie van meteorologische satellieten (EUMETSAT), het Europees Centrum voor weersverwachting op middellange termijn (ECMWF), EU-agentschappen en Mercator Océan .
Copernicus omvat 3 grote componenten:
Met behulp van satellietdata en gegevens vanop aarde is Copernicus in staat om informatiediensten te verstrekken aan overheidsinstanties, dienstverleners en organisaties om te helpen de levenskwaliteit van de Europese burgers te verbeteren.
De informatiediensten zijn opgedeeld in 6 portfolio's:
Om de informatiediensten te voorzien van de nodige gegevens worden een reeks specifieke satellieten ontwikkeld door ESA. Deze bestaan uit verschillende types satellieten die elk hun eigen type aan aardobservatiegegevens genereren. De eerste generatie Copernicus-satellieten worden de Sentinels genoemd waarvan de eerste in 2014 is gelanceerd. Van elk van de verschillende types Sentinels worden meerdere satellieten gebouwd om zo de aarde voldoende te kunnen bestrijken als ook om in tijd betrouwbare informatie voor de diensten te kunnen blijven garanderen. De ontwikkeling van de satellieten gebeurt in het Copernicus Space Component programma van ESA en wordt gefinancierd door de ESA-lidstaten en de EC. De operatie van de sentinels gebeurt door ESA en EUMETSAT.
Omdat de Sentinels niet al de nodige informatie voor de verschillende diensten kunnen verstekken, worden door ESA nieuwe bijkomende Copernicus missies ontwikkeld. Naast data afkomstig van de Sentinel-satellieten, leveren ook de missies die bijdragen aan Copernicus (Copernicus Contributing Missions) aanvullende gegevens om zo aan de observatienoden van de diensten te voldoen. Een voorbeeld van een dergelijke bijdragende missie is PROBA-V.
Deze component is essentieel om de kwaliteit van de Copernicus diensten te garanderen. Het maakt gebruik van bestaande meetinfrastructuren op aarde (grond-, zee- of luchtsensoren) om waarnemingsgegevens te verkrijgen die kunnen helpen bij de kalibratie en de validatie van de satellietgegevens en de resultaten van Copernicus.
De enorm grote hoeveelheid aan Copernicus gegevens (satelliet en diensten) is voor iedereen gratis en vrij toegankelijk. Dit moet het gebruik van de gegevens zoveel mogelijk in de hand werken alsook de ontwikkeling van meerwaardetoepassingen en -diensten door privéondernemingen. Dit maakt van Copernicus een instrument voor economische ontwikkeling en een motor van de digitale economie.
Om de Sentinelgegevens ter beschikking te stellen van de Belgische gebruikers is er een Belgisch Copernicus Collaboratief Grondsegment, Terrascope, opgezet dat vrij en gratis toegankelijk is voor iedereen.
Steven Bogaerts
Ruimtevaartonderzoek en -toepassingen